Gegeneraliseerde angststoornis

Wat is een gegeneraliseerde angststoornis?

Mensen die lijden aan een dwangstoornis worden geteisterd door beangstigende dwanggedachten en/of dwangvoorstellingen (obsessies) en proberen hun angst te bedwingen door dwanghandelingen uit te voeren (compulsies). Het kan er toe leiden dat iemand honderd keer per dag controleert of het gas uit is, tot bloedens toe zijn handen wast, de hele dag bezig is het huis schoon te maken en/of voortdurend rekensommen in zijn hoofd maakt.

Symptomen gegeneraliseerde angststoornis

In het algemeen gaat angst gepaard met:

  • bange voorgevoelens
  • piekeren
  • bezorgdheid
  • onbehagen
  • nervositeit
  • spanning
  • onrust
  • concentratieproblemen
  • prikkelbaarheid
  • slaapproblemen

Een algemene angststoornis of piekerstoornis gaan net als andere angststoornissen vaak gepaard met andere psychische problemen, zoals bijvoorbeeld depressie of alcoholverslaving.

WAAR KOMT HET DOOR?

Een gegeneraliseerde angststoornis of piekerstoornis wordt net als andere angststoornissen veroorzaakt door een combinatie van biologische, sociale en psychische factoren.

BIOLOGISCHE FACTOREN

In de ene familie komen angststoornissen meer voor dan in de andere. Erfelijkheid speelt daarin een rol, maar ook de opvoeding.

SOCIALE FACTOREN

Een angststoornis begint vaak na een ingrijpende levensgebeurtenis. Dat kan zowel een negatieve gebeurtenis zijn (ziekte, sterfgeval, scheiding, verhuizing, ontslag) als een positieve gebeurtenis (geboorte kind, promotie). Sociaal isolement, onbegrip in de naaste omgeving, chronische overbelasting en chronische lichamelijke klachten/aandoeningen houden een angststoornis daarnaast in stand.

PSYCHISCHE FACTOREN

Een angststoornis komt vaker voor bij mensen die slecht voor zich zichzelf opkomen, hun gevoelens moeilijk uiten en probleemsituaties/conflicten uit de weg gaan.

Tips

TIPS VOOR  JEZELF

  • Probeer een eerlijk beeld te krijgen van je angst en de invloed die deze op je leven heeft.
  • Praat over je angsten met mensen in je omgeving.
  • Breng voor jezelf de verschijnselen van beginnende paniek of angstgevoelens in kaart.
  • Geef zo min mogelijk toe aan de angst. Ga angstaanjagende situaties als het even kan niet uit de weg.
  • Wees voorbereid op de lichamelijke verschijnselen die je kunt verwachten in situaties die je beangstigen. Wanneer je niet wegloopt voor die situatie maar de confrontatie aangaat, zul je merken dat de onrust, het trillen en zweten na een tijdje verminderen.

TIPS VOOR DE OMGEVING

  • Erken de enorme angst van de ander, ook al lijkt die overdreven of niet reëel.
  • Probeer de angstgevoelens niet weg te praten. Blijf de ander steeds stimuleren zelf dingen te doen en de angstige situaties tegemoet te treden, maar dwing niet.
  • Stimuleer hem of haar professionele hulp of ondersteuning te zoeken.
  • Zoek meer informatie over angststoornissen, in de boekhandel, de bibliotheek of op internet.
  • Zoek zelf steun als het je te veel wordt.

BEHANDELING

Lees verder over de behandeling die PuntP biedt.